Contre le monstre

De Tour is een veelkoppig, geel monster geworden. Een monster dat z’n eigen krachten niet meer kent.

Ooit begonnen als een heroïeke wielerwedstrijd om de krantenkolommen in de komkommerige zomermaanden vol te krijgen. Vandaar de gele trui in de kleur van het papier waarop de organiserende krant l’Equipe gedrukt werd. Honderd jaar na haar geboorte dient de wedstrijd nog steeds het doel: het is immer een evenement waar de kranten gretig over schrijven terwijl de deuren van Binnenhof, Asemblée Nationale en andere parlementen gesloten zijn.

En naast de kranten ontleent een eindeloze rij sportprogramma’s, nabeschouwingsprogramma’s, weblogs, radiouitzendingen en tourpoules het bestaansrecht aan de honderdjarige. Waar van oudsher journalisten waarheidszoekers zijn -hoewel de waarheid zich in de Tour zich kennelijk jarenlang aan hun oog onttrok- verloochent de Tour meer en meer haar afkomst. Zij is een arrogant, veelkoppig, geel monster geworden dat het met ethiek en waarheid niet nauw meer neemt.

De Das

Om te beginnen was daar deze week Hinault. Tegenwoordig een belangrijke meneer in de Tour organisatie. Toen een Franse journalist hem ondervroeg over de recente uitspraken van Armstrong, die beweerde dat je de Tour niet zonder doping kan winnen, werd Hinault gaandeweg boos. Heel boos. Na een vloek en een steeds roder worden hoofd, liep Hinault het interview uit. Hij vindt dat we maar moeten zwijgen over doping. Dat is graven in het verleden, zegt hij. De huidige generatie is schoon, er is weinig tot niets meer aan de hand. Volgens meneer Hinault.

Behalve dan dat er een hele grote roze olifant in het peloton meefietst, waar we het volgens Hinault niet over mogen hebben.


Nee, ik impliceer met die roze olifant geenszins dat het dopinggebruik nog wijdverbreid is in het peloton. Ik geloof, vermoed en hoop dat de huidige generatie de schoonste is uit de hele wielergeschiedenis, die van het begin af aan doorspekt is met het gebruik van stimulerende middelen. In de tijd dat de Tour de France voor het eerst het licht zag, zat de halve beroepsbevolking openlijk onder de stimulerende middelen. Wielrenners dus ook, daar deden we toen niet moeilijk over.

Wel graven in het verleden

Wat me treft in Hinault, als renner strijdend tegen vermeend onrecht, is dat hij een discussie die iedereen bezig houdt volstrekt negeert.

Ja, we willen wel graven in het verleden! Er zijn immers nog talloze types uit dat recente verleden die waarschijnlijk tot de nek in dopingschandalen zaten en die nu belangrijke posities in ploegen, bonden en organiserende comités hebben. Voor de draad er mee! Niet om bijltjesdag te houden, maar om schoon schip te maken. Ik vind een oud-renner die openlijk toegeeft dat hij deed wat iedereen deed een stuk geloofwaardiger -en dus betrouwbaarder als het gaat om het begeleiden van de huidige generatie- dan allerlei sujetten die de vermoorde onschuld spelen.

Ik wil dat de dopingdiscussie onder de feodale deken uitkomt waaronder de landknechten geofferd worden, terwijl de adel vrijuit gaat.

Dus meneer Hinault, niet boos worden, niets meer onder het tapijt willen vegen. Gewoon met hetzelfde panache als waarmee u de cols en andere tegenstander te lijf ging nu de discussie over doping aangaan.

Minister van informatie

Gisteren werd Hinault overigens ruimschoots overtroffen. De Tourorganisatie toonde zich van haar meest flexibele kant. Toen de renners op 10 kilometer (dat is 10 minuten) van de finish waren, blokkeerde een bus de eindstreep omdat ie tegen de finishboog was gebotst. De jury besloot in haar wijsheid de finish op 3 kilometer van het einde te leggen. Een valide beslissing, al zien we daarbij de chicane waar de finish dan middenin zou liggen gemakshalve even over het oog. De bus kon echter op tijd worden weggehaald en de finish werd alsnog op de normale plek gelegd.

Je moet je voorstellen dat je ploegleider je dit soort informatie in je oortje tettert -wie wilde die dingen ook al weer afschaffen?- terwijl je met 60 km/u en een hartslag van 180 in een ziedend peloton temidden van hysterische toeschouwers een sprint aan het voorbereiden bent. Precies ja, daar komt weinig van door. Chaos troef dus.

En dan een Tourbobo die na afloop met droge ogen vertelt dat er niets aan de hand was. De situatie was volledig onder controle en beste journalisten, hoe durft u het woord ‘chaos’  in mond te nemen! Een schande! Een belediging voor de Tour!

Mijn gedachten gaan onwillekeurig terug naar die legendarische Irakese Minister van Informatie.

Le Monstre

De Tour is allang groter geworden dan de renners die haar maken, zo mocht Johnny Hoogerland ervaren nadat ie door een spandoek met reclame-uitingen dat te ver op de weg stond ten val was gekomen. Maar de Tour is nu ook groter geworden dan haar organisatoren. De Tour is groter geworden dan zichzelf.

Een groot, geel monster dat geen tegenspraak meer duldt. Dat als enige waarheid de eigen waarheid aanvaardt. Dat niet meer te beteugelen is. De Tour stopt voor niemand, is een veel gebezigd gezegde. De Tour stopt inmiddels ook niet meer voor haar eigen organisatoren. Die waarheid, rede en verstand verloochenen om maar niet verslonden te worden door het gele monster.

Fascinatie

En eerlijk is eerlijk. Ik zal de komende wekend ook in fascinatie voor dat monster doorbrengen. Gehypnotiseerd door z’n kracht, magie en vele gezichten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *